Paragraaf 7 Leerpunten bij dit hoofdstuk, opdrachten 52, 53, 54, 55, 56, 57
Opdracht 53
Natuur en milieu op de boerderij.
Bezoek een boerderij die werkt volgens de gangbare landbouw en een boerderij die werkt op een alternatieve manier (bijvoorbeeld biologische landbouw). Bespreek met de boeren:
- Op welke manieren de boerderij te maken heeft met natuur en milieu.
- Hoe de boer omgaat met natuur en milieu.
- Wat hij wel en niet zou willen veranderen op het gebied van natuur en milieu.
- Vraag aan de boer die werkt volgens de gangbare landbouw wat hij van alternatieve landbouw/veeteelt weet.
- Wat zijn mening is over alternatieve landbouw/veeteelt.
Geef ook je eigen mening.
Maak een verslag op een apart blaadje.
Opdracht 54
Kamperen en milieu.
Ook kamperen heeft met natuur en milieu te maken. Vaak zijn de campings gelegen in mooie natuurgebieden. Op de campings zelf en in de omgeving van de campings wordt veel afval geproduceerd. Er wordt ook lawaai gemaakt, etc.
a. Breng alle milieuaspecten van het kamperen in beeld. Interview daartoe een campingbeheerder.
b. Ontwerp voor de campingbeheerder een milieuactieplan waarin je aangeeft hoe het kamperen (nog) milieuvriendelijker gemaakt kan worden.
Maak een verslag op een apart blaadje.
Opdracht 55
Jagen.
Over jagen wordt verschillend gedacht. Sommige mensen vinden het goed voor de natuur terwijl andere mensen (zoals van de dierenbescherming) het dieronvriendelijk vinden.
Interview een jager. Suggesties voor vragen: Waarom jaagt u? Waarop jaagt u? Waar is jagen goed voor? Waar jaagt u? Wanneer jaagt u? Welke kritiek is er op jagen? Wat vindt u van de kritiek op jagen? etc.
Ter voorbereiding raadpleeg je de volgende sites: www.knjv.nl (Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging) en www.dierenbescherming.nl. Ook kun je raadplegen: www.jagen.nl.
Geef ook je eigen mening.
Maak een verslag op een apart blaadje.
Opdracht 56
Je regelt dat je een dag - of een halve dag - met een dierenambulance mee mag. De website van de gezamenlijke dierenambulances in Nederlands is: www.fdn.nl
Je maakt een verslag waarin je bespreekt:
- wat de bestuurder vaak meemaakt;
- wat de bestuurder het leukst vindt;
- wat de bestuurder het ergst vindt;
- wat je nog niet wist vóór je het interview afnam;
- wat je vindt van het werk dat het personeel van de dierenambulance verricht;
- waar je van geschrokken bent;
- wat je verder nog opviel.
Maak een verslag op een apart blaadje.
Opdracht 57
a. Maak een fotoreportage over de school en de omgeving van de school. Laat op de foto’s zien hoe het gesteld is met natuur en milieu.
b. Presenteer de fotoreportage aan de klas.
en/of:
c. Richt op school een fototentoonstelling in met de foto’s die je gemaakt hebt. Denk ook aan bijschriften.